Zo kom je erachter of een kind drugs gebruikt
Pubers zijn niet altijd eerlijk over wat ze doen in hun vrije tijd. Het kan dus zomaar zo zijn dat jij ook niet zeker weet of jouw kind wel eens drugs heeft gebruikt. Er zijn wel een aantal dingen die je kan doen om hierachter te komen.
De beste manier om als ouder te ontdekken of je kind drugs gebruikt is door het te vragen. Ga gewoon een open gesprek aan. Dat werkt het best op een rustig moment. Rustige momenten zijn er bijvoorbeeld tijdens het eten, een wandeling of tijdens een autorit.
Deze tips maken de kans groter dat kinderen eerlijk praten over drugsgebruik:
- Kies een goed moment uit om te praten: doe het alleen als de sfeer prettig is en liever niet als er weinig tijd is of als je gemakkelijk wordt afgeleid.
- Toon interesse en vraag naar zijn/haar ervaringen. De kunst is om te luisteren zonder te veroordelen.
- Praat zelf niet te veel, maar vraag wat hij of zij vindt of weet.
Signalen van drugsgebruik
Als een kind drugs heeft gebruikt dan kun je dat soms zien aan verandering in het uiterlijk. Zo kunnen mensen rode ogen krijgen als ze geblowd hebben. Drugs kunnen ook de pupillen groter of kleiner maken.
Ook het gedrag kan er (plotseling) anders uitzien. Zo kan een kind opgefokt worden of juist erg sloom. Sommige kinderen gaan ineens veel spijbelen als ze drugs gebruiken. Soms slapen ze slecht, of zijn ze somber of angstig. Als een kind opeens heel andere vrienden heeft dan kan dat ook te maken het met gebruik van drugs.
Dit kunnen signalen zijn van problemen door drugsgebruik. Maar dat hoeft niet zo te zijn. Soms zijn er andere redenen waarom een kind zich ineens anders gedraagt.
Subtiele signalen
Sommige signalen die kunnen duiden op een verslaving, zijn moeilijk te onderscheiden van de puberteit an sich. Toch is het handig om als ouder te letten op de volgende dingen:
- Een puber verandert van gedrag. Hij of zij wordt opeens veel prateriger (dat kan een bijwerking zijn van xtc of speed), slomer (wiet) of durft opeens meer (alcohol).
- Er zijn duidelijke stemmingswisselingen.
- De vriendenkring verandert, maar vrienden of vriendinnen worden nauwelijks mee naar huis genomen.
- Terwijl je vroeger nog wist wat je kind bezighield, zondert hij of zij zich nu helemaal af.
- Het kind gaat liegen.
- Opeens is je puber buitengewoon moe en opvallend bleek.
- Eetgedrag verandert: de kast met koekjes is constant leeg of opeens heeft je kind juist geen honger meer.
- Er zijn áltijd geldproblemen.
- Je komt dingen tegen, bijvoorbeeld vloeitjes, tipjes, drugszakjes.
- Je hebt het gevoel dat je puber je actief ontloopt.
- Je kind heeft iets rusteloos over zich, vertoont vluchtgedrag (wil bijvoorbeeld niet meer aan het gezinsleven deelnemen) en maakt een afwezige indruk.
- Als je er iets over zegt, wordt je kind boos.
Kinderen op drugs testen?
Sommige ouders willen bij hun kind een drugstest afleggen. Dat is mogelijk, maar niet altijd slim om te doen. Het is begrijpelijk dat je als ouder naar oplossingen zoekt wanneer je je zorgen maakt. Maar drugstesten kunnen wantrouwen opwekken bij kinderen. De relatie kan dus verslechteren als ouders een drugstest afnemen. Een kind zal minder geneigd zijn om te praten en komt misschien ook niet (meer) naar jou toe als er echt iets mis is. Bovendien geven thuis-drugstesten niet altijd een betrouwbare uitslag. Je kunt dus beter het gesprek aangaan met je kind.
Tips en meer informatie
Op Helderopvoeden.nl vind je tips (en een gratis cursus) om met je kind over moeilijke onderwerpen te praten en ruzies op te lossen.