Wat kun je doen bij een bad trip?

Als gebruiker:

• Zoek een rustige plek op.
• Zorg dat er iemand bij je is.
• Praat over prettige dingen.
• Probeer dingen te doen die je op je gemak stellen, zoals bewegen of zingen.
• Probeer jezelf gerust te stellen: dit gevoel gaat weer voorbij.

Als iemand uit de omgeving van de gebruiker:

• Help de gebruiker met bovenstaande punten.
• Vraag de persoon naar wat hij meemaakt en probeer de trip naar een positieve kant te praten. Bijvoorbeeld door een positieve betekenis te geven aan de dingen die hij ziet.  Laat je stem rustig en geruststellend klinken.
• Zorg dat de gebruiker niet in gevaarlijke situaties zoals het verkeer terechtkomt.

Een bad trip is een kwestie van uitzitten. Als de gebruiker niet meer te kalmeren valt en/of er een gevaarlijke situatie dreigt te ontstaan, kun je de huisarts of 112 bellen.

Als een bad trip voorbij is, blijft bij sommigen een vervelend, angstig gevoel hangen. Dit verdwijnt meestal vanzelf. Als je je er zorgen over maakt, kun je contact opnemen met je huisarts of bellen, mailen of chatten met ervaren medewerkers van de Drugs Infolijn.