Wat zijn serotonine en dopamine? 

Serotonine en dopamine zijn stofjes die hersencellen gebruiken om informatie met elkaar te delen. Dit soort stofjes noem je neurotransmitters.

Neurotransmitters zijn boodschappers die hersencellen gebruiken om iets te vertellen aan een andere hersencel. Deze neurotransmitters hebben allemaal andere informatie en doen dus andere dingen in de hersenen. Serotonine wordt bijvoorbeeld door de hersenen gebruikt voor stemming, eetlust, geheugen, slaap of lichaamstemperatuur. De neurotransmitter dopamine is erg belangrijk bij beloning, plezier en beweging. 

Drugs kunnen erg lijken op dopamine en serotonine. Daardoor kunnen drugs de neurotransmitters gaan nadoen of ze kunnen ervoor zorgen dat de hersencellen zelf meer of minder boodschappen gaan versturen. Drugs veranderen dus hoe de hersencellen met elkaar praten.

MDMA, de werkzame stof in XTC, is een drug die de boodschappers in de hersenen verandert. De drug verandert vooral de boodschappen van serotonine. De hersenen denken dat er meer serotonine is, maar eigenlijk komt dat door de XTC. Hierdoor krijgt de gebruiker (vaak) een blije stemming, minder eetlust, heeft meer moeite met geheugen opslaan, wordt niet slaperig en de lichaamstemperatuur gaat omhoog. De XTC heeft de normale effecten van serotonine verstoord.